maandag 8 augustus 2011

Het Weervarken

1.
beste kinderen, wees allemaal welkom
ik ben blij jullie hier te mogen ontvangen
buiten is het te koud, of te warm, ik ben niet zo heel gezond,
omdat ik een moeilijk leven heb,
ik moet het van mijnen dokter kalm aan doen
en hierbinnen vind ik het wel knus en gezellig
en jullie zien er allemaal
heel sympathiek uit
en heel erg slim
daar ben ik ook wel blij mee
ik hou van slimme kinderen
die hun best doen om te luisteren als ge iets gaat vertellen.

maar ik moet eerlijk zeggen
dat wat ik ga vertellen is ni zomaar iets
heeeeeeel erg griezelig is
dus ni gewoon griezelig
maar wel heeeeeel erg griezelig
zo griezelig

ik heb dit verhaal al wel eens verteld
aan kinderen zoals jullie
en wat is er toen gebeurd
van het verschieten
want het is dus een heel 
verschietachtig verhaal
van het verschieten zijn er toen twee kinderen
die zich
na de voorstelling niet meer konden bewegen
die zaten gewoon 
halfdood in hunne stoel
en die hebben ze moeten oppakken
en wegrijden met een ambulance
gewoon omdat die zo hard verschoten waren
dus
ik hoop dat jullie allemaal een goede gezondheid hebben
dat jullie geen zwak gestel hebben
zodat je niet door mijn verhaal
een hartaanval gaat krijgen van het verschieten
jullie zijn dus gewaarschuwd.

maar dat is zoiets
wat ik ga vertellen
is volledig waargebeurd
en dat is zoiets:
in mijn leven, ik maak altijd heel den tijd
verschrikkelijk dingen mee.
jullie plezante dinges
zo heb ik ooit wel eens iemand
in een vijver in een stadspark
voor mijnen neus zien verdrinken
het had gesneeuwd en het was ijskoud
en die vijver was precies helemaal bevroren
het is te zeggen
daar liepen allemaal eenden over dat ijs
en daarom was dat precies
of ge kon daar ni doorzakken
maar een vriend van mij, den eddie,
die hield daar geen rekening mee
dat zo'n eend natuurlijk veel minder weegt
dan een mens
en dat zo'n eend dus lang niet zo rap door het ijs zakt
als wij
of toch zeker ni zo rap als hij
want den eddie die woog heel veel
omdat die elken dag zeven zakken chips opat
die was verslaafd aan chips eten
dus die zei 
komaan vitalski
we gaan hier slibberen op het ijs
en met sneeuwballen gooien
ik zeg doen ni doen doet dan ni
luisert naar mij
toch gedaan
maar toen is dus voor mijne neus
nadat hem dus tien, vijftien meter over dat ijs is beginnen lopen
is die - wàk, door dat ijs gezakt
aaa
ik wou die nog gaan redden
maar ik wist niet hoe
want als ik zelf op dat ijs zou gaan beginnen lopen
om die daar uit te trekken
dan zou ik er zelf ook doorzakken
en dan waren we allebéi dood;
dus ik dacht: in uw eentje is erg
maar da is minder erg
als met twee verdrinken;
dus dan heb ik die
terwijl dat die mijne naam riep
vitalski vitalski
want ik heet vitalski
kom mij redden! kom mij helpen!
heb kik die
mijne rug omgedraaid
gewoon in de steek moeten laten...
dikwijls dak nog altijd niet kan slapen
als ik daaraan terugdenk.

= 4

of ook iets verschrikkelijks 
helemaal anders maar ook verschrikkelijk dat ik ooit heb meegemaakt
da speelde zich af op een speelkoer,
maar dan ni op een speelkoer van een gewone school
maar op de speelkoer van een verlaten school
dus dat was een school 
vroeger was da een gewone school
maar nu die ooit helemaal was afgebrand
dus daar kwam nooit nog iemand
daar ben ik eens met een vriendin binnengebroken
-ik weet wel, ge moogt eigenlijk ni zomaar
ergens binnenbreken
maar omdat die school toch helemaal leeg stond
dachten wij: dat kan geen kwaad, hier is toch niemand,
da kan toch niemand iets schelen
kassei kapotgeslagen als wij hier door een kapot venster
naar binnen kruipen
en zo zijn wij dan op die speelkoer gekomen
tussen vier vijf hoge bakstenen muren
het was daar pikdonker
en ineens stond er zes zeven man voor ons
van die grote sterke gevaarlijke kerels
die begonnen ons uit te dagen
en wat hebben die gedaan, pummels uitschelden
die hebben mijn vriendin dus vastgepakt
en bij haar handen en voeten vastgebonden
en dan hebben ze die
met haar voeten aan een koord
ondersteboven aan een boom gehangen,
die irep ook: help vitalski kom mij helpen
maar dat dierf ik natuurlijk ni
want die gasten waren zes of met zeven
en die hadden messen en die hadden zelfs een geweer
en ik had helemaal niks
alleen een zakdoek
wa kunde gij doen met een zakdoek
als ze recht tegenover u staan met een geweer
oké ge kunt daar is in snitten
maar daar heeft uw vriendin dan niks aan
die hangt daar ondersteboven
wat is die daarmee als gij in uwe neus snuit?
hoe is dat toen geëindigd
die hing daar ondersteboven aan een langen tak
maar die lieten ze daar zolang onderstenboven hangen
dat die op den duur een rooie kop kreeg
omdat al die haar bloed naar hare kop zakte
die kreeg zo'n knalrooi, dik gezicht
en wat is er toen gebeurd
die is toen om eerlijk te zijn
uit mekaar gespat
dus da was verschrikkelijk 
da was
da was verschrikkelijk,
ik vertel da ni gaarne, maar ik vertel da toch
namelijk om ullie te waarschuwen:
het waar gebeurde verhaal dat ik nu gaan vertellen
is Nog erger!
Nog erger as die vriend da door da ijs was gezakt en is verdronken
en nog erger as die vriendin die ze ondersteboven
aan een boom hadden gehangen en die 
zolang ondersteboven hing da ze ni meer kon asemen
met andere woorden
ik zijn verplicht om ullie te vertellen
het verschrikkelijkste verhaal dat er ooit
verteld in deze wereld is geweest.

hoe is da begonnen?
in woon in antwerpen
ik ben een secretaris
dat wil zeggen ik ben heel veel met papieren bezig
maar na een tijd werd dat teveel en dacht ik bij mezelf
ik moet op vakantie
zoals iedere normale mens.
maar hoe kan ik op vakantie ik heb geen geld
want dat kost veel geld.
ok misschien kan ik ergens naar een goeikope camping gaan
en daar in een klein, goedkoop tentje gaan liggen,
en dan ni te ver weg, ik zal in belgië blijven
maar in belgië daar regent het bijna altijd
en als ikd an in zo'n tentje lig dan ga ik misschien
een verkoudheid krijgen, he,
dat is ook ni leuk.
dus ik wou op reis
maar ik wist niet hoe.

maar toen ineens had ik geluk
want toen ging mijnen telefoon.
kreeg ik ineens telefoon van een heel goei vriendin van mij
namelijk nadia van hoof.
en toevallig zegt die tegen mij
vitalski ik ga op reis naar zuid-frankrijk
en ik heb een auto
maar
ik kan geen auto rijden
want ik heb mijnen arm gebroken -
zoude gij samen met mij op reis willen?
ik zal, zegt ze, alles betalen.
het enieg da gij moet doen, is chaufferen.
dus goed, zo zijn wij dus
op reis vertrokken.
efkens piano spelen om te bekomen.

tweede acht minuten

dus goed, wij spreken af:
morgenvroeg, dus direct de volgenden dag al, een zaterdag,
om half zeven smorgens, kom ik met de bus
naar mijn vriendin, 
en vanaf daar zou ik samen met haar, in een beweging,
naar zuid-frankrijk rijden -
da's 1200 kilometer, da's as ge een beetje geluk hebt
als ge ni teveel file hebt twaalf uur rijden -
ik zeg trouwens
wat gaan wij daar eigenlijk doen,
gaan wij op hotel, of gaan wij toch niet naar een camping
want ik kan niet tegen van die luchtmatrassen, moet ik zeggen...
's avonds als ge op zo'ne luchtmatras ga liggen
dan is da van; mmm, dat ligt lekker zacht, precies een luchtkussen,
ge valt vanzelf in slaap terwijl ge van een kudde schapen droomt
die met een luchtballen door een plas melk zweven,
maar tegen da ge wakker wordt is zo'ne luchtmatras helemaal plat geworden
en voelde da ge eigenlijk op een hoop
kasseien en bakstenen ligt, da's niks voor mij;
d'r zijn misschien waaschijnlijk mensen die grààg op een steen liggen,
ik heb liever een zachte matras met een zacht slaapkussen
dus hoe zit dat? wa gaan we doen?
nee zegt ze, we gaan in zuid-frankrijk
overnachten in een boerderij.
ik zeg naar een boerderij???
we gaan daar toch geen beesten kweken?
we gaan daar toch geen patatten rooien?
maar dat is zoiets, tegenwoordig is da in de mode
op reis gaan naar een boerderij, bij een boer,
waar da daar dan goedkoop geitenkaas kunt krijgen
ge kunt daar dan inderdaad helpen
de beesten eten te geven en alles da ge wilt,
precies gelijk as vroeger
-ik heb daar éigenlijk geen goesting in
maar ja, het is nu eenmaal een cadeau
ik moet zelf niks betalen
en ik zijn er is tussenuit dus okay
wij gaan naar een boerderij in zuid-frankrijk.
okay das afgesproken, en ik zal rijden.

nu amper heb ik ingelegd,
ik wil televisie zien en vroeg gaan slapen, dak lekker fris ben morgen,
of ineens direct ga mijnen telefoon opnief af:
ik denk hopelijk toch niet mijnen baas, van op het werk, dak morgen
toch moet komen gaan werken
maar nee het is direct opnief al miojn vriendin
opnief die nadia van hoof.
voor wa belt die mij opnief, gaat het ni door?
om te zeggen: vitalski, we moeten da op voorhand
duidelijk afspreken:
we gaan samen op reis
als goei vrienden;
maar da wil ni zeggen
dat wij vanaf nu ook ineens een koppel zouden zijn.
ik zeg, da snap ik. wij zijn koppel.
ze zegt: ik wil ni dat je mij ineens ga beginnen aan te raken,
ik wil ook ni met u in hetzelfde bed liggen,
en ik wil zeker ook ni da ge mij ga beginnen kussen en knuffelen en zo
we zijn gewoon vrienden, geen koppel,
-ik zeg: ik was ook helemaal ni van plan om u te gaan kussen of  knuffelen
ik wil ook alleen maar op reis efkens. meer ni.
dus okay dat is afgesproken,
we zijn vrienden, we zijn geen koppel.
das afgesproken en we leggen terug in.
om eerlijk te zijn, vrouwen kunnen soms wel een stukske zagen...

tweede acht minuten deel 2

van 12 naar 16 minuten:

de volgenden dag
ik ben op tijd opgestaan, tande gepoetst
ik ga die nadia van hoof oppikken
ik moet zeggen,
zij ziet er wel héél goed uit,
dus inderdaad, eigenlijk heb ik al bijna spijt
dat ik heb moeten beloven
dat ik haar niet zou beginnen te kussen onderweg,
nu zij wijst mij haren auto aan, een chique gele mercedes
zij stapt in en wij vlammen er vandoor,
ik rijd heel den tijd honderd twintig kilometer per uur,
zelfs in de bochten
dus dat gaat vooruit,
soms vliegde uit de bochten maar dan gaat da nog rapper want dan
pakte vanzelf een binnenweg,
en inderdaad
ineens
stopt het met regenen
want
ineens 
zijn wij niet meer in belgië
maar wel
steken wij de grens over naar frankrijk
wij zijn in frankrijk
en dat is gezellig
overal langs de weg staan er bomen, cypressen,
na nog eens honderd kilometers
begint het zelfs heel warm te worden
en hoorde krekels langs de weg,
we zijn niet meer thuis, we zijn op reis,
maar dan
gebeurt het
we zijn twee dagen aan het rijden,
we zijn er bijna
dat is een dorpke dat heet bagnolle
helemaal in het uiterste zuiden van frankrijk
die nadia wijst mij de weg
maar gelijk dak zeg dan gebeur het,
en ineens zien wij
het wordt al donker buiten, het is avond geworre,
en ineens zien aan de zijkant van een kromme weg
een lifter
en wat is aan het doen
die aan het liften, normaal
daaraan da je kunt zien dat da een lifter Is
of er zijn ook lifters die thuis aantafel een gazet zitten lezen
da zijn ook wel lifters 
maar daar kunde da ni aan zien.
maar deze sta met zijnen duim zo
om te zeggen pak mij mee.
ik vind dat nogal een eigenaardig griezelig figuur
lang en smal en mager, precies zeven weken ni meer gegeten, en van die scheve ogen
ik heb zelf ook scheef ogen maar van mn eigen zien ik da ni,
voor mij is da precies of gijlie hebt allemaal een scheve kop,
dus ik wil rap doorrijden, wegzijn
maar ja het is den auto van die nadia
en die nadia zegt kom we pakken die mee
zij is den baas
dus voila wij stoppen langs de kant van de weg
en wij pakken die mee...
trouwens een gast die ook ongelooflijk stonk...
als die instapte da was precies 
of dr kwam een viswinkel naar binnen
maar dan gene winkel met gezonde vis
maar precies een viswinkel waarda ze alleen maar
rotte vis verkopen,
daarom dat die vis nog rotter wordt en nog harder begint te stinken
want rotte vis daar geeft niemand geld aan.
en met tegenzin rijd ik nog wa voort
die gast zit op de achterbank
en die geraakt zo wat aan de klap
met mijn vriendin.
zo van hoe oud zijde gij hoeveel verdienen uw ouders, hebde gij een job
of gade gij nog naar school
op een moment vraagt die gast waar gaan jullie eigenlijk henen
en mijn vriendin die nadia die zegt zo
wij gaan twee weken logeren, hier vlakbij,
in een boerderij in een bossen bagnolle
een boerderij die heet le couchon noir
het zwarte varken wil da zeggen
couchon wil zeggen varken
noir wil zeggen zwart
dus het zwarte varken
een varken da zich eigen al lang ni meer gewassen heeft.
ineens zegt die lifter
ik zou willen da ge ogenblikkelijk stopt 
en da ge mij dr hier uit laat
dat laat ik geen twee keer zeggen
want ik wil van die vent vanaf
dus direct gana ik naar de zijkant
en ik zwier die zijn deur open.
maar die nadia die snapt da ni
en dien zegt waarom dan?
waarom wilde gij nu persé ineens uitstappen
gij waart toch blij da ge een lift van ons kreeg?

derde: negen minuten

daar aan de kant van de weg begint die vieze lifter
ons een verhaal te vertellen waarvan da we
op die moment ni weten of we dat nu
moeten geloven of ni, was die ons nu voor de zot aan het houden
precies of wij waren twee paljassen die ge zomaar alles kunt wijsmaken
of was die misschien toch
de waarheid aan het vertellen -
da konden we niet raden.
maar hoopten bijna n ni waar was

dat was een heel lang verhaal, die was wel drie uur bezig, nu ni navertellen
maar in het kort kwam dat neer op het volgende:
een jaar of twee geleden was die mens al eens
op die boerderij geweest, namelijk omdat die voor het school
een foto moest maken van een varken,
die studeerde fotografie en die zijn opdracht was: eindwerk
fotografeer een varken;
en tegen hem hadden ze gezegd dat die boerderij, in die bossen bos. e couchon noir,
een varkensboerderij zou zijn.
dus die belde daar aan, vriendelijk ontvangen
die kreeg een bed aangewezen
die kreeg een glas melk
en die werd door heel die boerderij rondgeleid.
da's allemaal goed en wel, zei die gast, maar,
zei die op den duur, ik heb wel twee opmerkingen. twee eigenaaridgjeiden
ten eerste: ik vind dat hier wel heel somber, heel naargeestig.
dat is hier een opvallend donkere, triestige boerderij
dat plafond is hier zo laag dat ge overal uwe kop stoot,
bij iedere deur moet ge bukken,
sommige dueren waren daar zo laag dat ge daar op handen en voeten door moest -
én het is hier ongezellig omdat er overal spinnenwebben hangen
en omdat de vloer zo hard kraakt
en
het stinkt hier zo hard!
want inderdaad, beste kinderen, het feit dat die
lifter, dien at hier tegenover ons zat, zo overdreven hard stonk
da kwam volgens hem door toen; doordat die
twee jaar geleden op die boerderij was geweest;
nu nog altijd stonk die daarvan.
jullie
-jamaar, zegt die nadia direct, kunt gij uw eigen dan ni wassen??
-jawel, zegt die lifter, maar zegt die, da is precies een vloek
elke keer as kik mijn eigen was, wrijf
wordt da precies alleen maar erger
nadat ik uit bad kom
stink ik nog harder
dan voordat ik in dat bad ging
hoe kan da?
da moet een vloek zijn
maar dat is precies of
elke keer as kik een washandje aanraak
is da precies of
d'r komt stront uit da washandje.
dus da was er opvallend aan die boerderij ongezellig
maar d'r was nog iet:
het was die lifter twee jaar geleden ook opgevallen
dat er in die boerderij, heete dan wel zwarte varken
wel katten en honden rondliepen, en ezels en koeien en eenden,
in de keuken stond er zelfs een trekpaard,
da was geen toeval;
da trekpaard was bezig, het gasfornuis naar de living te trekken
dus al die beesten zien ik hier wel
maar
dat is hier een varkensboerderij
en varkens zien ik wel nergens
hoe kan da?

en daarom was da verhaal, of het nu waar gebeurd was of niet,
zo angstaanjagend;
dien boer, da was wel een raren boer,
een kromme mens met een grote dikke neus en wild ros haar
een heel grote handen en heel heel grote voeten
die mens, als het volle maan was,
veranderde die
in een varken
ni een lief varken, zo'n schattig roos chinees hangbuikzwijntje da op zijn tenen loopt met spelen
maar wel veranderde die volle maan
in een wild verscheurend jachtvarken
da alles dat hem tegenkwam
zolang as de volle maan in door lucht zwoof
aan stukken scheurde.

da vertelde die lifter.
maar wij geloofde da ni.
kan iedereen vertelken.
dus
die lifter liet een foto zien.
en da was inderdaad een foto in zwart wit
een foto gemaakt met een gsm
een foto van een reusachtig akelig wildverscheurend superzwijn
as ge die foto zag
dan rieptevanzelf aaaaaaa.
dus, vroeg die nadia,
want zelf wist ik al genoeg, ik wou al terug naar huis
voor mij was het al wellekes geweest
hoe is dat dan afgelopen?
dien boer had mij gewaarschuwd, verander, gebeurde ni
zei die lifter
maar
ik geloofde die ni.
dus ik zijn daar toch blijven slapen.
en in het begin gebeurde d'r niks.
ik vond dat daar wel grellig
maar snachts gebeurde d'r niks, arige geluiden, schorpioen, benauwend, ni ademen
en elke morgend was ik blij da ik nog leefde
maar
en zo eindigt die zn verhaal
na twee weken
de laatste nacht dat hem daar zou zijn gebleven
want hi had nog altijd gene foto kunnen pakken
dus hij was beginnen denken, ik gaan hier nooit geen varken vinden
ik stop ermee,
juist die laatste nacht
ziet hem door het venster
achter de takken van de bomen
een grote ronde donkeroranje volle maan
waar dat zwarte nevelslierten langs voorbij blazen
in de nachthemel zweven
hij hoort ineens krabbelen aan de deur
hij wil ni opendoen
maar de deurklink ga vanzelf open en dicht
d'r wordt aan die deur gerammeld
en gewrongen dat het ni meer schoon is
en daar hebt op een mopment ineens
mee dat het buiten begint te bliksemen
springt het verschrikkelijke weervarken in die lifter zijn kamer naar binnen
die bijt naar die zijn handen die bijt in die zijn neus benen in die zijne nek
die trekt aan die zijn haar
die was klaar om die lifter aan stukken te scheuren
die lifter die Springt valt tuimelt door het raam
die zijne val wordt gebroken door de takken van die bomen
maar die valt
in een keldergat beneden
die zakt door dat keldergat
en die zie niks`het is daar pikkendonker
met een aansteker dat die op zak heeft
want die is allang geleden gestopt met smoren
maar nog altijd van toen dat hem smoorde heeft wel nog altijd die gewoonte
naar overal dat hem ga of sta of langs de takken valt al goed dat bomen daar stonden al goed ni zlf snoeien
zijnen aansteker mee te nemen
die maakt licht
en wat ziet die?
wat ziet die?
nu zie Ik Ullie,
maar wa ziet die lifter in dees verhaal,
die zie allemaal mensen
kinderen van zeven jaar
ouw boma's van tachtig jaar
maar ook katten en honden
en nog meer mensen
en die zijn allemaal
verhakkeld en in stukken gescheurd
die hebben gene kop meer
of as die wel nog een kop hebben
zijn die hun oogbollen daar uit getrokken
die hun tong hangt zo eruitgetrokken tot op hun schouders
die zijn maw allemaal tijdje geleden doodgemarteld en in stukken gescheurd.
het bloed druipt daar van de vensterbanken
grote spinnekoppen
zijn die mensen hun oogbollen aan het opeten
en tussen al die lijken
zit er ook nog een vleermuis te lachen.
jij - knor bent de volgende! roept da zwijn.
jij bent de volgende.

en toen? vragen wij. en toen?
maar ja, toen is die lifter dus op het laatste nipperke
langs den draad
toch nog kunnen gaan lopen
da moésten wel geloven
want as die ni was kunnen gaan lopen
dan had die nu ni meer geleefd
en as die nu ni meer had geleefd
kan kon die nu ni hier tegenover ons zitten
om dees verhaal te vertellen.
dus okay, da konden we wel volgen.
die lifter loopt weg in de bossen.
die wil er allemaal niks meer mee te maken hebben.
voor een deel was ik ook wel blij dat die weg was.
ik had al twee stukken spons dak op het dashboard gevonden had in m'ne neus gestopt
omdat die mens dus effenaf op m'nen asem pakte.
komaan zeg ik tegen mijn vriendin, nadia van hoof,
komaan, we zijn hier weg.
die boerderij, of wat da ginder ook is, ik zien da ni zitten
as ge hoort hoe ongezellig dat daar is
dat de deuren daar zo laag zijn
ik zijn een meter 85
ik stoot sowieso mijne kop al overal tegen
wa moet da ginder dan wel ni worre.
ja maar zegt die nadia gij gelooft da toch ni?
gij gelooft toch ni in weervarkens,
in boeren da zomaar ineens in een varken veranderen?
zijde gij zo'ne lafaard? zijde gij zo'ne bangerik?
ik zijn natuurlijk een jongen, geen meisje, ik zijn een jongen,
jongens mogen nooit laten zien da ze schrik hebben
dus ik zeg ik geloof daar niks van
tuurlijk ji, da kan ni, een weervarken da besta ni,
maar ik geloof wel`dat het daar heel ongezellig is,
anders gaat die da ni zeggen,
en ik zijn zo iemand,
ik kan ni tegen ongezellige boerderijen...
ik zijn is ene keer in een ongezellige boerderij geweest -
nooit ni meer!
maar ja, het is haren auto
ik heb daar niks over te zeggen
zij is baas;
en die nadia
die wilt toch da wij voortrijden,
nog twee kilometers en een half
en we zijn er...
het is pikdonker...
we rijden door een pikdonker dennenbos,
tis te zeggen, hier en daar
vliegen er vleermuizen  met lichtgevende ogen
en hier en daar ook van die graatmagere bosuilen
die at zo oe oe zeggen
iemand hier dat da kan nadoen
en ineens zien ik
in de verte
tussen die natte dennentakken
een volle maan naar omhoog zweven...

en nog ietske verder
achter een een hoop vlierbessenstruiken
eerst ziede een stank
normaal gezien= stank kunde alleen maar rieken
maar dees stonk zo hard
da ge die stank zelfs kon zien,
en ge kon die horen en zien
zo'ne bruine zwarte walm
dat in uw oren zo brrllfkfkf etsjjj ga..., overal waarda ge keek,
vlak voor ozze neus
die boerderij
le couchon noir...

wij gaan daar naar binnen
het onvermidelijke gebeurt,
ik wil da ni
maar die nadia klopt daar aan
en na een làngen tijd
hebben daar wel een halfuur staan wachten
ik dacht nog thuis is er nu eigenlijk just een special van k3 op televies 
ik zeg nog we zijn hier weg
doet er
achter een krakend deur
met een riek in allebei zijn handen
een boer voor ons open, een boer
herkenbaar aan zn blauw klak
een sigaretje in zijn gezicht;
maar die is ni
gelijk dat die lifter gezegd had
klein met grote handen en grote voeten
just andersom
die boer
die was groot, die was lang
en die had heel kleine handen en just heel kleine voeten
op van die heel kleine klompen
dus hopelijk misschien had die lifter toch
ni
de waarheid verteld
en was dien boer dan toch geen weervarken.
was dan eigenlijk toch een beetje op mn gemak.

kijk, zegt die nadia
wij zijn op reis hier in zuidfrankrijk
wij willen er is tussen uit, het is vakantie
en wij vroegen ons af
of wij voor een beetje geld
hier in uw boerderij zouden mogen
komen logeren voor veertien dagen.

binnen veertien dagen, denk ik bij m'n eigen,
alleen al met die geur
leefde binnen veertien dagen ni meer...

maar dien boer die laat ons binnen
die geeft ons een kom geitenmelk
en omdat het laat is het is middernacht
wijst die ons
een bed aan.

ik denk nog joepie mag ik toch
met die nadia
in één bed samenliggen
kan ik die misschien Toch een beetje knuffelen...

laatste 8 minuten

enfin want ik zien dat ik ni zo overdreven veel tijd meer heb
ik moet subiet nog met een krokodil gaan badmintonnen
ik krijg hier just een sms'ke dat die ongeduldig wordt
wat is er gebeurd?
na veel vijven en zessen dwingt die nadia mij ertoe
om toch maar apart te slapen
die vertrouwt mij ni snachts
maar daar was maar één logeerkamer
dus tegen dien boer deden wij precies of wij lagen samen
maar in het geheim
zonder dat dien boer da wist
zijn kik in het midden van de nacht
met een slaapkussen onder m'nen arm
naar de badkamer gelopen
heb ik daar een paar dekens in het ligbad gelegd
en zijn ik gaan proberen om daar in die badkamer
een oog dicht te doen -
een van de ergste, minst confortabele nachten van m'n leven,
normaal zou ik ni in slaap zijn gevallen
maar nu was ik oververmoeid omdak
veertien uur aan een stuk
aan het autorijden was geweest
dus nu sukkelden ik op een moment toch
een heel klein beetje in slaap
ik droomde zelfs
dak terug thuis was en dat ik thuis in de hof
de bloemen water aan het geven was
ik dacht nog: ik gaan nooit meer van huis, hiér is het goed
maar ineens 
worre kik toch wakker
namelijk 
opnief door een 
onbeschrijfelijk luguber geluid
precies het geluid van een stuk hout dat ze over een stuk metaal krabben
zo krriiiiii kriiiiii ik denk wa is dees
hiermee met dees geluid maken ze zelfs van sinterklaas een lustmoordenaar
ik doen die badkamerdeur open, iiiii,
en in het kaarslicht, in die slaapkamer,
zien ik
een supergroot; knorrend varken
met een blauw klak op
en boerenklompen aan
dus na zn uren was da zeker en vast dien boer
maar nu was het vollemaan
dus da verhaal van die lifter klopte toch
dr leefde hier in deze akelige boerderij
een weervarken, dus gelijk as een weerwolf, maar dan een varken

en
da weervarken
is ermee bezig, nu zien ik het,
om met vork en mes
mijn vriendin, nadia van den hoof, lief meisje,
op een rond diep bord te leggen
in stukken te snijden
en op te eten -
normaal gezien zou ik naar voren zijn gesprongen
om die nadia nog te helpen, om die nog te redden
maar nu had da weinig zin, ze lag al in stukken van een
mijn beste vriendin,
wa gaat die haar moeder hiervan zeggen,
hoe moet ik dees uitleggen strak?
niks aan te doen,
da varken is haar aan het opeten
en met veel smaak ook nog is,
die pakt er een zoutvatje bij,
die giet kokend heten béernaise over nadia haar gezicht
steekt een vork in die haar ogen
eet die haar oogbollen op,
alles da ge wilt;
enfin, alles da ge Ni wilt
dees was té erg;
ik loop terug naar die badkamer
ik denk, dan gaan ik lopen langs het venster
maar 
da besef ik nu pas
d'r is in die badkamer geen venster
alleen een lavavo
maar langs daar kunde ni weg
tenzij da ge een heel klein viske zijt
maar da zijn ik ni, ik zijn een mens,
nu mee dak daar rond loop op zoek naar een manier om
weg te vluchten
stoot ik een handdoekenrekske omver
met veel lawijt
per ongeluk
klabammmm -
en
waar ik bang voor was, gebeurt:
da weervarken hoort mij,
da weervarken beseft: de vitalski is in die badkamer!
dus da beest komt naar mij toe gelopen
op vier poten
maar met een gruwelijke kop met 280 snijtanden
en ogen da licht geven in den donker
ik denk
wa nu?
as ik daarmee moet vechten,
da gaan ik verliezen
ni omdat ik ni sterk genoeg zou zijn,
ik slaag hier iedereen tegen de grond as het moet
maar wel omda ik een dierenvriend ben
as ik da varken zou kunnen vermorzelen
dan zou ik het waarschijnlijk nog ni doen, namelijk uit compassie
maar ik wil ook ni
worre opgegeten
dus da zijn allemaal van die problemen
da een mens ambeteren
in het uur van de dood,
ik kan het ni anders vertellen,

da varken valt in die badkamer naar binnen,
ik spring over die zijne schouder
naar binnen in die badkamer,
ik spring naar den trap
da varken pakt mij bij mijn enkels`
bijt in mijn onderbroek
gelukkig voel ik daar ni veel van
alleen da beest zijne zever druppelt al direct langs allebei mijn knieën,
wij doen allebei zonder da we da willen de koprol naar beneden
langs dien trap,
daar beneden komen wij in een soort werkschuur,
daar liggen overal hoefijzers en klinknagels,
tangen en boormachines en ineens
valt mijn oog op een hamer -
nu mee
dat het weervarken
begonnen is
met
keihard
aan mijn tepels te knabbelen,
ik wil da ni maar ik kan da ni tegen houden,
dat doe zeer en da kietelt tegelijk,
grijp ik met allebei mijn handen
Naar dien hamer
en wat doen ik,
ik hoop dat jullie mij da ni kwalijk nemen,
maar ik had gewoon geen keuze
het was hij of ikke
met dien hamer
klop ik pal bovenop da weervarken zijne kop;
die z'n brains, die z'n hersenen spatten letterlijk
in tienduzend stukskes door die schuur
bloed tegen de gordijnen
stukses van die z'n kop tegen het plafond
aaaaa roept da varken;
met dien hamer slaag ik daar nog is vijf, zes keren keihard tegenaan
zo oempf oempf zes, zeven keren na mekaar
op den duur is da geen varken nimmeer
op den duur is da appelspijs
ge moet oppassen
of ge schuift daarin uit.
zo is da geëindigd. 
ik loop naar buiten
langs de deur
ik stoot nog mijne kop tegen die deur
omdat daar alle deur zo overdreven laag zijn
en 
ik spring in mijn mercedes en
ik rij weg.

onderweg heb ik dan ook nog die lifter 
tegen zijn sokken gereden
ik wou da ni maar die stond daar te liften
en ik was zo verschoten door alles dat er gebeurd was
dus ik wou remmen
maar per ongeluk
in plaats van te remmen
draai ik met mijn stuur zo
en rij ik die lifter van z'n sokken
- hoe moet ik dan aan die zn moeder gaan uitleggen,
nu da weer,
das al den derden dooien op een halfuur tijd.

maar da is dus ongeveer mijn verhaal,
ik geef toe het probleem van dees verhaal is
dat da wel een griezelig verhaal is
maar tegelijk precies ook een beetje een belachelijk verhaal...
niemand gelooft da.
mensen willen mij wel troosten, van amai
wa hebde gij allemaal mee gemaakt
drinkt een taske koffie,
ruste gij maar eens goed uit en komt terug tot u zelf
maar tegelijk zien ik de mensen denken
wat die vertelt hier
da is ene flauwekul, zo'n weervarken besta ni, da heetf ook nooit bestaan,
en behalve dat het ni bestaat is het dan ook nog is
ongelooflijk belachelijk.
da is mijn probleem
da ik voor de rest ni meer kan slapen van de schrik
maar dat tegelijkertijd
heel de wereld mij uitlacht.
leeft daar maar is mee.